17 sep Ode aan de Opperdoes

Er is een aardappel die ik absoluut de hemel in wil prijzen en die in mei wordt geoogst. Dertig telers in de omgeving van het dorp Opperdoes verbouwen de kleine gele aardappel met de schonkige vorm en tere schil die, om die reden, met de hand wordt gerooid. Het is een bijzonder kleinood, want de Opperdoezer Ronde draagt sinds 1996 het Europese predikaat Bob. Dat is een ‘Beschermde Oorsprong Benaming’ die op de verpakking staat, dan hebt u de echte te pakken. Dat Bob-predikaat is te vergelijken met het Franse Appellation d’Origine Contrôlée (AOC) voor landbouwproducten als onder meer wijn, kaas en olijven.

Rond 1860 heeft de Andijkse tuinder Sluis deze aardappel (bijnaam: negenweker)  ontwikkeld, het was een snelgroeiende pieper die vroeg in het seizoen kan worden gerooid. Want tussen poten en oogsten zit slechts negen weken.

Aardappelen dikmakers? Welnee, dat is een bakerpraatje, het is de hoeveelheid die dik maakt en dat geldt voor zo’n beetje alles. Deze aardappel heeft wel een voordeel: het zetmeelgehalte is laag en de smaak rijk. Dat schijnt alles te maken te hebben met de zavelgrond, een mengsel van zand en klei die je alleen in de omgeving van Opperdoes aantreft. Verwacht geen kruimigheid.

Kook de ongeschilde aardappelen gaar in een ruime hoeveelheid gezouten water (zorg dat ze onder staan) in ongeveer 15 minuten. Laat afkoelen. Bak het spek uit, laat het bruin worden en voeg prei en ui toe. Laat zachtjes smoren en schep af en toe om. Bestrooi de aardappelen met paprikapoeder, voeg ze bij het spek-prei-uimengsel, giet er wat olijfolie overheen, warm goed door en dien op. Echt een luxehapje.

Ingrediënten voor 2 personen:
6 flinke Opperdoezer Rondes, met schoongeborstelde schil, in kwarten gesneden
200 gerookt spek, in blokjes gesneden
1 prei, in ringetjes gesneden
1 ui, in blokjes
paprikapoeder
peper en zout naar smaak
scheut olijfolie

Foto: Akkerweide