26 okt Jacob Cats liefdesvoer

De dichter, politicus en ­jurist Jacob Cats (1577-1660) was dol op vrouwen. Als hij een mooie dienstmaagd zag, stond hij ­gelijk in vuur en vlam.  Meermaals verloor hij zijn hart. Op 22-jarige leeftijd reisde hij voor zijn rechtenstudie naar ­Orleans. Hij had het er heerlijk en dichtte later over die tijd: Als ick de reis begon, toen was mijn lichaam kuys, En ick brogt wederom gesonde ­leden t’huys, Dat ick by vrouwen sogt, en was maar om te praten, In eerbaar onderhout daar by heb ick ’t gelaten. Dat hij dat deed, was niet zonder ­reden, want hij had zijn vader plechtig beloofd alleen terug te keren.

Zie ik een pompoen, dan moet ik altijd even aan Cats denken, want ook daaraan heeft hij meerdere ­regels gewijd, tegelijkertijd refererend aan de liefde. Met de culinaire kant van deze nieuwe groente – die in de 16de eeuw in Europa werd geïntroduceerd – had hij niet veel op: Pompoenen die bykans aen niemant oyt en smaken, Zijn echter gantsch bequaem om letters op te ­maken. In zijn boek Sinne- en minnebeelden uit 1618 is duidelijk wat hij met die ­letters bedoelt: Ick sneed’ in een pompoen den naem van mijn Beminde; Dien zoute-loosen romp, als droef door mijn verdriet, Veel tranen uyt zijn schors daer henen vallen liet. Op de afbeelding die bij deze ­regels hoort, staat een flespompoen. Daarop is duidelijk de naam Phyllis te lezen; zij was een bevallig herderinnetje voor wie Cats op jonge ­leeftijd als een blok viel.

Als er dus een lelijke oranje pompoen in de supermarkt ligt, dezer dagen doorgaans voorzien van een bestickerde grijns, dan voel ik me uitgedaagd. Kan lelijk lekker zijn? Is dit voedsel of toch ­decoratie? Ik nam de proef op de som met Cats’ beige ­flespompoen.

Voorgerecht, pompoen-worstcake
Ingrediënten voor 4 personen

½ flespompoen (butternut)
scheut olijfolie
4 verse worsten (ik nam citroen/tijmworst van Brandt en ­Levie)
3 eieren
50 g zachte boter
snuf zout
100 g tarwebloem
8 g bakpoeder
1 Spaanse peper, ontdaan van zaadlijsten, in fijne ­reepjes
1 teen knoflook, ­geperst

Was de pompoen en snijd in kleine, gelijke blokjes (schillen hoeft niet). Spreid uit over een bakplaat en besprenkel met olijfolie. Gaar de pompoenblokjes in de oven in ongeveer 25 minuten op 250 graden. Laat afkoelen. Haal de worsten uit het velletje en draai er balletjes van. Bak zachtjes uit. Laat vervolgens ook afkoelen.

Mix de eieren met de boter en het zout glad. Voeg tarwebloem en bakpoeder toe en mix wederom. Pureer de pompoen en voeg bij het beslag. Voeg Spaanse peper en knoflook toe. Meng. Sla tot slot de worst met aanhangend vet door het beslag, meng goed en stort in een ingevette springvorm (20 centimeter). Bak in de oven op 220 graden in 40 minuten gaar. Controleer met een satéprikker op gaarte. Snijd in punten en eet lauwwarm of koud.