08 jul Aardappeltje anders, Berta’s aardappelkoek

Berta de Vries (1885-1959) had de gave van het woord. Op het moment dat in Amsterdam geen aardappel meer te krijgen was, nam deze huisvrouw het voortouw tijdens een actie die de geschiedenis in ging als het Aardappeloproer.

In 1917, tijdens de Eerste Wereldoorlog, verdienden handelaren goud geld met de aardappelexport naar Duitsland. Daardoor ontstond in Amsterdam een groot tekort. Op 28 juni trokken onder Berta’s leiding Amsterdamse huisvrouwen naar het gemeentehuis om beklag te doen bij wethouder Wibaut. Die zei dat de nieuwe oogst in aantocht was.

Ongelijk had hij niet, alleen bleken de prijzen zo hoog dat alleen de elite zich nog een pieper kon veroorloven. Begin juli togen de vrouwen naar de haven, zagen de aardappelschuiten liggen, gingen eropaf en vulden hun schorten. In de gemeenteraad klonk kritiek. Waarom liet de politie de actievoerders begaan? Een dag later kwam steun van militairen en marechaussee, er vielen schoten. Jonge relschoppers namen de actie over. Een paar dagen later waren negen doden en 114 gewonden te betreuren.

In de tweede week van juli keerde de rust terug. Aardappelen gingen op de bon. En Berta? Zij bleef zich tot haar dood inzetten voor de medemens. Ter ere van haar strijd voor rechtvaardigheid zetten we vanavond een aardappelkoek op tafel die ook geschikt is voor grote groepen. Deel uit, wees gul.

Ingrediënten voor aardappelkoek met tomaat en paprika, hoofdgerecht voor 2 personen.

Voor de bodem
500 g aardappelen (kruimig)
zout
klont boter
scheut melk
peper naar smaak

Voor de topping
4 eetl. passata (tomatensaus)
4 tot 8 kerstomaten, in plakjes
1 sjalot, in reepjes
¼ puntpaprika in dunne ringetjes
eventueel spekblokjes, olijven, feta (verkruimeld)

Ter garnering: kruidenmengsel van dille, oregano, munt en basilicum, scheut olijfolie, scheutje appelciderazijn

Kook de aardappelen gaar. Laat goed uitdampen. Stamp tot een romige puree met een klont boter en een scheut melk. Kruid desgewenst met peper. Leg op een ovenplaat een stuk bakpapier. Neem de ring van een springvorm, leg op de plaat en smeer de puree erin uit. Zo krijgt u een mooie ronde vorm.

Strijk de passata over de puree. Beleg met de plakjes tomaat en de ui-reepjes. Garneer met de paprikaringetjes en de spekblokjes, de olijven en de feta. Verwijder de ring. Schuif de plaat in de (hetelucht)oven en bak de aardappelkoek in 20 tot 25 minuten gaar, op 200 graden.

Hak de dille, de oregano, de munt en de basilicum fijn. Voeg een scheut olijfolie en azijn toe. Roer goed. Snijd de koek in stukken en schuif op een bord. Garneer met het kruidenmengsel.