19 jan Hoe blijven dansers op gewicht? (chocoladetaartjes)
Hoe blijven dansers op gewicht? Dat lukt ze met deze chocoladetaartjes.
Sonia Gaskell was ooit zelf danseres, maar compassie met haar dansers had ze niet. ‘Bah, het lijkt hier wel een slagerswinkel. Jullie zijn allemaal te dik.’ Priemend keek de artistiek leidster van het Nederlands ballet dan rond. Er ging een siddering door de groep dansers van het Nederlands Ballet. Ook Rudi van Dantzig – de in 2012 overleden choreograaf – vreesde haar toorn.
Marianne Westerdijk, die zich in 1956 als 17-jarige bij de groep aansloot, deelde die angst ook. Toen ze tijdens de lunch haar tanden in een boterham zette, keek Gaskell haar boos aan.’Brood? Eet jij brood? Daar word je diek van.’ Westerdijk: ‘Denk er een zwaar Russisch accent bij.’
Het gevolg? Ze ging, net als iedereen, aan de magere kwark. ‘En toen kwam ik aan. Wij aten heel weinig en als we dat wel deden, kregen we een enorm schuldgevoel. Een van de balletmeesters was ook op dieet, die suggereerde dat we ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds twee bananen en een glas melk moesten nemen. Dat was het dan. Maar ik vond een boekje: je zou slank worden door het eten van groenten. Dat werkte. Dus aten Alexandra Radius en ik lof, paprika en taugé.’
Haar vader was chocolatier – en chocolade, daar was ze dol op. ‘Uit bijgeloof nam ik altijd een stukje voor ik op moest.’ Dat werd een gewoonte, net als op haar gewicht letten en dat doet Westerdijk nog steeds. ‘Het is belangrijk om niet te dik te zijn als je ouder wordt.’
Uit het eerste boek van dieetgoeroe Michel Montignac deed ze inspiratie op voor een chocoladetaart. ‘Ik smeer het mengsel uit op een plaat en snij de chocolade in blokjes. Dan zijn het een soort bonbons. Ik geloof niet dat chocolade ongezond is, zeker niet die pure.’
Montignac kwam de lijner tegemoet met chocolade, altijd met een cacaopercentage van 72 procent. Die chocolade laat zich goed verwerken. Westerdijk vindt het lekker om er wat Cointreau (bittere sinaasappellikeur) aan toe te voegen.
Ingrediënten
voor 12 kleine chocoladetaartjes
250 gram pure chocolade (72 procent) in brokken
5 eieren, wit en dooier gescheiden
0,5 glas melk
snufje zout
sinaasappelrasp (van een 0,5 sinaasappel)
flinke scheut Cointreau
eventueel: bakpapier om de vorm te bekleden
Bij het maken van zoetwaren (toch een vak apart) is een ding van belang: zorg dat de bakattributen brandschoon zijn. Verwarm de oven voor op 250 graden. Verdeel de chocolade in brokken en verwarm au bain marie. Doe de eiwitten in een grote kom en mix ze stijf. Klop de eierdooiers door de chocolade. Voeg melk, zout, rasp en Cointreau toe aan de chocolade. Doe dan voorzichtig het eiwit erbij. Giet in een springvorm (20 cm) bekleed met bak- papier of in 12 (siliconen) vormpjes en bak 8 minuten. Haal uit de oven en laat even afkoelen. Bewaar koel. Geen liefhebber van sinaasappel? Met veel grof gemalen peper of fijngesneden munt is deze chocoladetaart ook lekker.
Geen reactie's